Dwaas gezwoeg
Ik zwoeg; want schrijven is hard werken, vooral als je
net niet dat inspiratie moment hebt waarvan je denkt dat moet toch gemakkelijk
uit mijn pen op het papier vloeien, nee… Ik zweet, zucht en zwoeg.
Jij, mijn pen, zwoegt ook.
Wat is dit nu? Sabotage?
Hij /Zij/ zwoegt ook; mijn op hoge leeftijd, maar nog
net niet antieke stoere werk peecee, piept, kraakt en protesteert in al zijn voegen
en kan het haast niet meer opbrengen om dit soort oeverloos gezwam op te slaan.
Ik zwoeg dapper door, want oefening baart immers kunst?
Toch? Waar ben ik gebleven? Oh ja… ik weet het weer.
Wij…(getuige bovenstaande,) zwoegen allemaal om
toch iets zinnigs of onzinnigs op papier te krijgen. Veel geschreeuw en weinig
wol, veel gepraat en weinig zeggen dat nu, is de kunst.
Een verhaal vol
nietszeggende zinnen bijna verworden tot literaire hoogstandjes die kant nog
wal raken dus…
Zwoegen zij zich in het zweet, of moet ik zeggen
ploeteren zij zich door deze dwaze brij waarvan het onvermijdelijk einde bijna
in zicht is.
Hoor ik daar een diepe zucht? Een intense uitlating van
verveling?
Pas dan maar op, een flinke ‘Bore out’ in het Nederlands vertaalt:
‘Ambtenaarsziekte’ ligt na de worsteling van het zwoegend lezen van dit
schrijven, zomaar op de loer.
© Josephientje
Reacties
Een reactie posten