Nooit meer …
Een van mijn zéér dierbare vriendinnen weet dat zij
binnenkort afscheid zal moeten nemen van het leven. Dat komt keihard binnen! Ik
ben met recht met stomheid geslagen en moet zelfs vragen of zij, die mij dit
afschuwelijke en onomkeerbare feit aan de telefoon meldt het nog even wil
herhalen, omdat het de eerste keer gewoon niet wil binnenkomen.
Na de tweede keer landt deze verschrikkelijk boodschap en
daalt langzaam bij mij in.
Ik zit te trillen op mijn stoel, maar dat ziet zij gelukkig
niet.
Deze boodschap komt onverwachts en rauw binnen en raakt elke
vezel van mijn hart en ziel.
Eerst is er het ongeloof, 'hoe kan dat nou? Je was toch
genezen verklaard van de leukemie?' zeg ik terwijl alles in mij opspeelt. 'Ja,
dat was ik ook en ik hoefde na alle chemokuren en zakjes bloed alleen nog maar
op een halfjaarlijkse controle te komen bij mijn lieve oncoloog. Maar bij de
laatste controle was het raak! Zij moest mij vertellen dat de kanker uitgezaaid
is en een weg heeft gebaand door al mijn vitale onderdelen. 'Heeft je oncoloog
je ook een prognose gegeven?' vraag ik heel voorzichtig. 'Jazeker, ik heb nog
een aantal weken tot slechts een paar maanden klinkt het toch nog opgewekt in
mijn oor. Mijn hersens werken razend snel en ik vraag mij in stilte af of zij
de feestdagen dan nog wel haalt. Ik spreek het niet uit.
'Tja, en nu moet ik van alles gaan regelen en uitzoeken voor
mijn begrafenis en ik moet een bezoekje gaan brengen aan de notaris en daar ben
ik nog best druk mee' deelt zij mee.
'Wat denk je?' Mag ik voordat je de grote oversteek gaat
maken nog op audiëntie komen, kun je dat handelen? Grap ik, me aanpassend aan
haar geveinsde luchthartige stemming, 'Natuurlijk kind' je bent volgende week
van harte welkom hoor! Ik heb een aantal zakken kleding voor je staan die je
kunt meenemen, moet je maar even kijken wat je ervan dragen wilt, of wat je
weer verder door wilt geven. 'Is goed' toeter ik terug en schrijf in mijn
agenda dat ik op vrijdag een paar uurtjes naar haar toe ga.
Weerstand! Wat is dit slecht te verteren en moeilijk te
aanvaarden schreeuwt het in mijn binnenste hier wordt ik zo opstandig van en ik
voel me in een fractie van 'n seconde héél klein en nietig worden. Natuurlijk
weet ik met mijn verstand dat dit ons allemaal te wachten staat, op deze
planeet waar alles vergankelijk is, maar mijn gevoel stribbelt heftig tegen.
Wanneer wij elkaar tussentijds nog even spreken via de
telefoon en zei mij verteld dat zij druk bezig is alles te regelen, kan ik blij
voor haar zijn. Blij dat haar kinderen haar zo liefdevol ondersteunen in
dit proces en blij ook dat zij op deze manier mooi afscheid mag nemen door ons
allemaal nog te willen zien nu zij nog goed aanspreekbaar is. Ik ga die bewuste
vrijdag dan ook niet helemaal met lood in mijn schoenen heen.
Wil haar graag bij leven nog verrassen met een hele mooie
boeket bloemen, die ik zorgvuldig bij mijn lieve bloemenmensen op het pleintje
uitzoek, keur en samen laat binden met het liefste kaartje dat ik voor haar kan
vinden.
Neem ook nog iets lekkers voor haar mee, en iets natuurlijks
om haar darmen, waar ook die rotkanker zit, op gang te houden. Want die moeten
tot het bittere eind wel blijven functioneren!
Even schrik ik van wat ik zie wanneer zij aan de voordeur
staat van haar appartement. Deze aanblik bezorgt mij, hoewel ik me er snel
overheen zet, een diep droevig gevoel. Zij ziet er zieker uit dan ik voor
ogen had. Ik heb haar wel regelmatig gesproken, maar een poosje alweer niet
gezien.
En nu zij aan de deur staat, dringt het pas tot me door hoe
ziek zij moet zijn. De eens zo sterke vrouw is slechts een fragiele schaduw van
wie zij ooit was. De fijne lijntjes in haar gezicht zijn scherpe, diepe lijnen
geworden. Mijn vriendin is bezig zichzelf over te geven om haar lot te kunnen
aanvaarden en dat stuk acceptatie valt haar zwaar. Zij spreekt het niet uit,
maar ik zie en ik voel het.
Zij was al flink afgevallen toen ik haar de laatste keer
zag, maar nu is zij nog sterker vermagerd. Haar prachtige felle helblauwe ogen
hebben een zweem van droefenis waarachter, wanneer ik goed kijk toch nog een
tikkeltje vechtlust sprankelt.
Altijd blij als we elkaar weer zien, knuffelen we en vraag
ik of zij de bloemen van mij kan overnemen, deze kan ik, met aan de andere hand
een handtas en een klein tasje met lekkers, haast niet meer in mijn armen
houden. 'Oh kind, wat een prachtig boeket' roept zij in verrukking uit terwijl
ik naar binnen loop en zij de deur achter mij dicht doet. 'Bewust en met liefde
gekozen' zeg ik. Ik zet ze zo voor je op water.
'Ik geef je liever een boeket bij leven, zodat je er volop
van kunt genieten, dan wanneer je, je aardse ogen gesloten hebt, dan heb je er
immers niet zoveel aan. ‘Dat is waar' zegt zij en lacht hier hartelijk om.
'Kind! Wat ruiken ze lekker hier ga ik zeker van genieten.'
Dit geeft mij een oprecht fijn gevoel en de tijd die we met
elkaar doorbrengen is liefdevol en warm, vertrouwd en intens. Ze vertelt me dat
het een hele geruststelling is voor haar en dat nu alles rond is. Ze heeft een
rotan kist uitgezocht die helemaal naar haar zin is, de uitvaart is geregeld,
de kaarten en de bloemen en natuurlijk ook het kopje koffie voor na de
plechtigheid, dat geeft rust. Rust om afscheid te nemen, van alles en iedereen.
Wanneer ik aanstalten maak om naar huis terug te keren,
houdt ze mij nog even staande bij haar slaapkamerdeur en trekt haar kledingkast
open. 'ik heb hier nog een jas hangen, wil je die ook? Ik pas het kledingstuk
en het zit als gegoten. 'Graag’ zeg ik. Mooi antwoordt zij en terwijl ze de jas
in een boodschappentas van een bekend grootgrutter propt, hoor ik haar zachtjes
mompelen.
'Gek eigenlijk, dat ik nu nooit meer kleding hoef te
kopen...'
© Josephientje
Reacties
Een reactie posten